Als je voor het eerst een camera gebruikt kan het best zijn dat je overdondert word door alle knopjes die er op zitten. Dit kan je wellicht wat ontmoedigen als je een beginnende fotograaf bent, maar met de volgende 8 tips ga ik je op weg helpen zodat ook jij zonder al te veel poespas mooie foto’s kunt maken.
1. Oefenen, oefenen en nog eens oefenen
Je zou het bijna niet zeggen, maar de allerbelangrijkste sleutel naar succes in veel oefenen. Er is een gouden regel die zegt dat men bij 10.000 uur ervaring een expert zal zijn in zijn vakgebied, ongeacht wat men beoefent. Dit geldt dus ook voor fotografie. Pak jouw camera, of telefoon als je daarmee fotografeert en ga op pad. Begin met onderwerpen die jij leuk vind, bijvoorbeeld de natuur, portretten of automotive. Door de juiste compositie te pakken kun je al veel met jou foto’s bereiken. Kijk elke foto die je maakt terug en maak deze vanuit verschillende hoeken. Wat is het resultaat? Niet tevreden? Probeer hetzelfde onderwerp dan op een andere manier op de foto te zetten totdat jij tevreden bent.
2. Scherpe foto’s
De tweede tip die ik je mee ga geven is scherpte. Er is niks storender dan een foto die niet scherp. Hoe bijzonder het onderwerp ook kan zijn, als deze niet scherp te zien is zal je de foto toch niet kunnen waarderen. Kijk goed naar de juiste sluitertijd om jou onderwerp vast te leggen. Bij een scherpe foto wil je graag dat de sluitertijd zo kort mogelijk is, hierdoor kan je een moment mooi bevriezen. Voor het mooiste resultaat kan je gebruik maken van een statief, zo staat de camera altijd mooi stil en kun je ook met een lange sluitertijd een mooie en scherpe foto maken. Wil je nog een stapje verder gaan en heb je een redelijk moderne camera, dan kun je deze ook bedienen vanaf jou telefoon met bluetooth of wifi.
3. Compositie
Deze tip gaf ik eigenlijk al een beetje weg bij oefenen. Naast een onscherpe foto is het ook ontzettend storend als het onderwerp niet mooi in beeld staat. Wil je bijvoorbeeld jou konijn op de foto zetten en zijn oren vallen net buiten beeld, dan is dat niet mooi. Je wilt het konijn in zijn volle glorie op de foto zetten en de typerende oren horen daar dan natuurlijk ook bij. Daarnaast is het ook belangrijk hoe je jouw onderwerp binnen de foto zetten. Een veel gebruikte compositie is de 3-vlaksdeling. Hierbij deel je het kader horizontaal en verticaal in 3 delen, zo ontstaan 9 vlakken. Zet het onderwerp op een van deze lijnen en dit geeft al een mooi effect op de foto. Tot slot kan je spelen door een vogel- of kikkerview toe te passen, oftewel maak de foto van een hoger of lager perspectief.
4. Fotografeer in RAW
Tegenwoordig zit de helft van de foto in nabewerking. Er zijn veel verschillende programma’s die jou hierbij kunnen helpen. Een van de bekendste programma’s is Adobe Lightroom welke je kunt gebruiken op de laptop, tablet en telefoon. Voor het nabewerken van foto’s is het erg belangrijk dat je de foto niet alleen in JPEG maakt, maar ook in RAW. Bij RAW blijft er veel meer informatie achter in het bestand waardoor je achteraf nog kan spelen met opties zoals, witbalans, contrast, schaduwen en kleur. Het enige nadeel is echter dat het bestandstype RAW veel meer geheugen in beslag neemt. Echter zodra je de foto bewerkt hebt naar jou smaak dan kun je deze alsnog converteren naar een JPEG bestand, maar zo heb je wel het maximale uit jouw foto weten te halen.
5. Achtergrond
De achtergrond is eigenlijk de helft van de foto. Het onderwerp kan veel meer tot zijn recht komen met een juiste achtergrond. Vaak word er bij portretfotografie gekozen voor een rustige achtergrond om de aandacht vooral op de persoon te laten vallen. In sommige andere gevallen is het juiste weer leuk om creatief te spelen door een bepaalde setting aan te nemen, zoals een vervallen fabriekshal. Daarnaast moet je ook altijd goed kijken naar storende factoren in de achtergrond. Het ziet er gek uit als je een portretfoto maakt en er steekt een lantaarnpaal uit het hoofd, dit wil je voorkomen. Gelukkig kan je tegenwoordig met photoshop veel achteraf aanpassen en is het mogelijk dit soort storende factoren te wissen. Ben je echter niet zo handig hierin dan is het hoe dan ook raadzaam om bij het maken van de foto te kijken naar jou standpunt. Vaak kun je de foto al goed uit laten komen door een simpele stap opzij te doen.
6. Objectief, oftewel lens keuze
Kies het juiste objectief. Dit kan als beginner best lastig zijn want er zijn zoveel verschillende objectieven dat je door de vele bomen het bos niet meer kunt zien. Verschillende soorten fotografie vergen ook verschillende objectieven. Elke lens heeft zijn eigenschappen die veel effect kunnen hebben op het maken van een foto. Bij landschapsfotografie of in kleine ruimtes heb je het liefst een groothoeklens, deze hebben vaak een brandpuntafstand tussen de 18-35mm. Ben je veel buiten aan het fotograveren kies dan voor een lens met een lange brandpunt. Je zult zien dat bij verschillende brandpunt afstanden bij het zelfde onderwerp dat elke foto zal verschillen. Niet alleen het onderwerp verandert van vorm ook de achtergrond zal zich anders verdelen. Tot slot zal je moeten kiezen tussen een zoomlens of een vaste lens. Een lens met een vaste brandpunt is vaak kwalitatief beter dan een zoomlens. Echter is het nadeel dat je veel zult moeten bewegen doordat je niet kunt zoomen, of vaker van objectief zult moeten wisselen.
7. Scherptediepte
Een bekende term bij fotograven is scherptediepte, hiermee word bedoelt de grootte van het scherpe vlak in de foto. Bij een kleine scherptediepte is maar een heel klein deel scherp en word de achtergrond erg wazig. Bij een grote scherptediepte is juist heel veel in de foto scherp, dit wil je vooral bij landschapsfotografie. Kijk dus goed wat jij wilt fotograveren. Wil je echt de nadruk op het onderwerp leggen dan is een kleine scherptediepte gewenst. De vuistregel om dit voor elkaar te krijgen is als volgt. Hoe groter de diafragma (laag F-getal) hoe kleiner de scherptediepte, hoe kleiner het diafragma hoe meer er ook scherp word in je foto.
8. Workshops en cursussen
De allerlaatste tip is het volgen van workshops en cursussen. Een hoop fotograven zijn jou al voor geweest en bieden vaak workshops aan die je kunt volgen. Dit zijn soms workshops waarbij je echt de basis kunt leren, maar ook de focus kunt leggen op bepaalde onderwerpen zoals macro of lightpainting. Een workshop kan erg leuk zijn om zo meer inspiratie te krijgen en mede-enthousiastelingen te ontmoeten. Daarnaast is het ook mogelijk om een cursus te volgen, deze worden op veel verschillende plekken aangeboden. Een prettig werkende cursus die je tevens met het STAP-budget kunt aanvragen is Freelance Fotograaf. Deze studie via het LOI leert jou niet alleen alle ins-and-outs van fotografie, maar ook hoe jij hier een bedrijf in kan oprichten.
Nu je deze 8 tips hebt gelezen hoop ik dat je hier mee aan de slag kunt gaan om zo betere foto’s te maken. Mocht je nog vragen over houden of meer te weten willen komen, dan mag je altijd contact met mij opnemen en help ik jou graag verder.